Chemotherapie wordt nog steeds beschouwd als hoeksteen van de behandeling bij bloedkanker.¹ Voor AML bijvoorbeeld, is intensieve chemotherapie de meest effectieve behandeling.³ Bij alle vier de soorten bloedkanker is chemotherapie overigens onderdeel van het behandelarsenaal.^2,3,4,5

Vanwege leukopenie, anemie en trombopenie bij bloedkanker kan ondersteunende behandeling nodig zijn. Zoals: prednison, antibiotica, antimycotica, antistoffen, bloedtransfusies en de griepprik.

De ondersteuning wordt nog belangrijker bij patiënten die chemotherapie krijgen. Chemotherapie heeft, net als bloedkanker, ook een negatief effect op de bloedcellen waardoor de kans groter is op infecties en bloedingen.¹

Niet alleen chemotherapie, maar ook doelgerichte therapie met monoklonale antilichamen en tyrosinekinaseremmers (TKI’s) zijn waardevol gebleken bij leukemie. Al dan niet in combinatie met chemotherapie.^1,2,3,4,5  

De ontwikkeling en goedkeuring van TKI’s hebben de behandeling van CML bijvoorbeeld aangrijpend veranderd. De levensverwachting van patiënten met CML in de chronische fase is nu bijvoorbeeld vergelijkbaar met die van de algehele populatie. Er is geen sprake van genezing, maar levenslange therapie met TKI’s is zodanig dat deze mensen er oud mee kunnen worden.⁶  

Verder is een nieuwe generatie antikankermiddelen in aantocht die zich het beste laat beschrijven als gepersonaliseerde kankerimmunotherapie. CAR-T-cel therapie is hier een voorbeeld van.⁷ 

Geen behandeling is zo intensief als een allogene stamceltransplantatie. Toch kan dat acceptabel zijn voor de behandelaar en patiënt. Want in potentie heeft deze transplantatie de kracht om patiënten te genezen. Meer lezen over deze behandelmethode? Bekijk de pagina over stamceltransplantaties.